Afgelopen jaar is met veel moeite een nieuwe pensioenwet aangenomen door de Tweede Kamer en de Eerste Kamer. Die beoogt een radicale wijziging van het pensioenstelsel voor werknemers. De vraag is of er nog aan de pensioenwet gesleuteld gaat worden, want de partij NSC van Pieter Omtzigt is daar niet tevreden mee.

Omtzigt wil deelnemers van pensioenfondsen laten stemmen over de vraag of ze willen dat hun pensioenfonds meegaat naar het nieuwe stelsel, dan wel dat hun fonds onder het oude pensioensysteem blijft vallen.

Het belangrijkste verschil hierbij is dat het huidige systeem zo werkt dat veel pensioenfondsen een toezegging doen over de hoogte van de toekomstige pensioenuitkering. Die is bijvoorbeeld gebaseerd op 70 procent van het gemiddelde loon.

Aangezien er een toezegging is over de hoogte van de uitkering, moeten pensioenfondsen ook voldoen aan bepaalde financiële eisen. Via de zogenoemde ‘dekkingsgraad’ wordt bijgehouden of er op de lange termijn voldoende geld in de pensioenpot zit om toekomstige gepensioneerden te kunnen blijven uitbetalen. Is dat niet zo, dan kan het noodzakelijk zijn om de pensioenpremies te verhogen, te korten op de pensioenuitkeringen of pensioenen niet mee te laten stijgen met de inflatie.

In het nieuwe pensioenstelsel vervalt de toezegging over de toekomstige pensioenuitkering. In plaats een een collectieve beleggingspot komen er individuele pensioenpotjes van deelnemers.

Als een werknemer met pensioen gaat, bepaalt de hoogte van het individuele pensioenvermogen hoe hoog de uitkering wordt. Het beleggingsrisico ligt dus bij de werknemer. Aan de andere kant is er geen discussie meer over dekkingsgraden en het eventuele niet-indexeren van pensioenen.

Nieuw pensioen uiterlijk in 2028 ingevoerd worden

Volgens de huidige planning moeten pensioenfondsen uiterlijk op 1 januari 2028 overstappen op het nieuwe systeem. Maar NSC wil nu dat deelnemers van een pensioenfonds de mogelijkheid krijgen om te kiezen tussen de twee verschillende systemen.

Demissionair minister Carola Schouten van Pensioen waarschuwde woensdag dat voorstellen voor aanpassingen invloed hebben op instanties die zich voorbereiden op het nieuwe stelsel en onrust kunnen veroorzaken.

De Pensioenfederatie en pensioenfonds ABP melden nu dat ze zich pas zorgen maken als die voorstellen worden aangenomen. "Maar het ziet er niet naar uit dat er iets verandert", zegt de woordvoerder van de Pensioenfederatie.

Reden voor deze inschatting is dat de VVD niets voelt voor de voorstellen van NSC. En bij de huidige formatiebesprekingen tussen PVV, NSC, VVD en BBB is steun van de VVD voor een nieuw kabinet onontbeerlijk.

Pensioenfondsen zijn nu druk bezig met de voorbereidingen op de nieuwe pensioenwet, die vorig jaar werd aangenomen, en gaan daar volgens de organisaties gewoon mee door. Minister Schouten heeft ook laten weten de pensioenwet niet te wijzigen, maar een nieuw kabinet kan dit in theorie alsnog doen. Daar moet dan wel een Kamermeerderheid voor zijn.

De Pensioenfederatie en ABP, een van de grootste fondsen van Nederland, willen niet dat de wet nog verandert. ABP ziet het niet zitten om het oude en het nieuwe systeem naast elkaar te laten bestaan. "Dat vinden we onuitvoerbaar, want twee systemen in de lucht houden is ontzettend duur", zegt een woordvoerster van ABP. Volgens hem zou dat ook niet goed zijn voor deelnemers van pensioenfondsen.

LEES OOK: Waarom veel pensioenfondsen er begin 2024 slechter voor staan dan een jaar geleden, terwijl de beurs is gestegen